Notes: | - In HA 353 (biljet) over 'De dood van Sultan Selim': “Met een Konstwerk van brandende Galeyen”. Een vergelijkbare voorstelling wordt beschreven in het tijdschrift 'Hollandsche spectator' nr. 107 (3 nov. 1732), p. 143 (Justus van Effen, ed. Gabriëls, p. 38): “Toen ontstond ’er een gejuich en men riep: Pas nou op. nou komt het mooiste, nou zelje de Galeyen zien branden”. Daar is ook sprake van “een zogenaamd Zeemuzyk” en “eenige voetzoekers, of kardoezen met kruid gevult” die “heen en weer [vlogen]”. Waarna de verteller “vreesde te stikken, en moeite had om de Acteurs te zien, schoonze bij toortslicht het spel eindigden”
- Tweede spel uit HA 353 (biljet)
|